Rondom de volledige in gebruik name van de Nieuwe Sluis Terneuzen aan Rijkswaterstaat zet Combinatie Sassevaart de laatste puntjes op de i. Testen en keuringen toonden eerder aan dat de sluis volgens alle specificaties functioneert. Dankzij teamwork en een knap staaltje raakvlakkenmanagement passen alle onderdelen met minimale toleranties in elkaar.
Jaarlijks passeren zo’n 10.000 zeeschepen en zo’n 40.000 binnenvaartschapen de sluizen bij Terneuzen. De Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie gaf opdracht de bestaande Middensluis te vervangen door een van de grootste zeesluizen ter wereld om de bereikbaarheid van de havens in Gent en Terneuzen te verbeteren en economische groei in de regio te stimuleren. Grotere zeeschepen kunnen nu via het Kanaal Gent-Terneuzen naar de haven van Gent en door de capaciteitsuitbreiding hoeven binnenvaartschapen minder lang te wachten. Combinatie Sassevaart – bestaande uit BAM Infra Nederland, de Belgische bedrijven DEME Infra en DEME Dredging, Stadsbader Contractors, Van Laere en installatiebedrijf Equans – verwierf de Design & Construct-opdracht inclusief twee jaar onderhoud.
‘Het is een multidisciplinair project waarin civiele techniek, mechanica, installatietechniek en baggerwerk samenkomen. De integrale benadering begint bij de ontwerpers en werkvoorbereiders’, vertelt Bart Jan Bootsma, manager voorbereiding bij BAM Infra Nederland en tijdens de eindfase van het project doorgeschoven naar de rol van projectleider civiel en mechanica. ‘Met het 3D-model stemden ze alle disciplines op elkaar af. Ze beoordeelden of het integrale ontwerp maakbaar zou zijn, veilig uitgevoerd zou kunnen worden en toegankelijk zou zijn voor beheer en onderhoud. Raakvlakken en eventuele clashes pakten de disciplines zelf op, totdat alles theoretisch klopte en werkte.’
Bart Jan Bootsma, manager voorbereiding bij BAM Infra Nederland en tijdens de eindfase van het project projectleider civiel en mechanica
De sluishoofden en de brugkelders zijn droog gebouwd in twee grote bouwkuipen op nieuw opgespoten land naast de bestaande Westsluis. ‘De zeesluis is een enorme constructie van 427 meter lang, 55 meter breed en 16,44 meter diep, met wanden van 24 meter hoog en soms 3 meter dik en zware wapening. Dat maak je niet vaak mee. Om die te storten, zijn een uitgekiende werkvolgorde en veel hulpwerk nodig. Dat is echt puzzelen op de bekisting, het steigerwerk en de inzet van torenkranen in de verschillende fases om overal bij te kunnen. De werkvoorbereiders maakten 4D-visualisaties op basis van het 3D-model om te laten zien dat alles op de bedachte manier veilig en goed was uit te voeren. Slimme ideeën van het uitvoerende team gingen altijd eerst langs de planners en werkvoorbereiders om te controleren of de zorgvuldig uitgedachte trein niet zou worden verstoord.’
Door het gewicht van het beton en het water in de kolk treden er vervormingen op, waarop werd geanticipeerd bij het aanbrengen van ankers in de diepste vloer. Verder was sprake van een tolerantie van slechts enkele millimeters vanwege de aansluiting met andere onderdelen. ‘Vanwege mijn doorschuiven van civiel naar mechanica kon ik zien hoe de stalen deuren en de beweegbare bruggen nauwkeurig op het betonwerk aansloten, zoals de bedoeling was. Heel mooi hoe die raakvlakken in het ontwerp en de werkvoorbereiding in werkelijkheid bij elkaar kwamen.’
In een latere fase werd het installatiewerk geïntegreerd. Het mechanicateam plaatste de motoren, tandwielkasten en aandrijving van de sluisdeuren en bruggen, en Equans sloot daarop aan met de besturingsinstallaties, inclusief bekabeling en sensoren. Alle werktuigbouwkundige en elektrotechnische installaties werden eerst een voor een en daarna in samenhang met elkaar getest. Van klein naar groot dus om de vier sluisdeuren naadloos te laten samenwerken met de beweegbare bruggen en de schuiven van het omloopriool voor het nivelleren en spuien van water. Het moet allemaal functioneren vanuit het bediengebouw, maar ook op afstand.
‘Onze afdeling Testmanagement heeft een integraal testschema uitgewerkt om te controleren of alles integraal en volgens alle eisen functioneert. In die fase zijn nog optimalisaties doorgevoerd zoals het verplaatsen van enkele sensoren om de brugbewegingen nog preciezer te laten aansluiten op de besturing van de sluis.’
‘Op elk functieniveau was er structureel overleg over de minimale toleranties om de verschillende onderdelen perfect op elkaar te laten aansluiten’, vervolgt Bart Jan. ‘Op voorhand bespraken we hoe een discipline aanpassingen kon doen om de uitdagingen van een andere discipline op te lossen. Ons motto was ‘Babbeltje, belletje, berichtje’ met de bedoeling om in die volgorde te communiceren: het liefst mondeling, als dat niet kon even bellen en dan pas een berichtje sturen. De goede benaderbaarheid van iedereen heeft het raakvlakkenmanagement zeer versoepeld.’
De nieuwe sluis is op 11 oktober 2024 officieel geopend door Koning Willem-Alexander en Koning Filip van België. In de fase daarna werden de werkzaamheden in de Dienstenhaven en Schependijk afgerond, evenals enkele restpunten. Op 1 augustus 2025 heeft de klant de sluis officieel in gebruik genomen. De overdracht van het indrukwekkende opleverdossier vind nu plaats, bestaande uit duizenden documenten als keurings- en testrapportages, ontwerprapporten, as built-tekeningen en beheer- en onderhoudsdocumenten. ‘Gaandeweg het werk bouwden we het opleverdossier al op. De werkvoorbereiders waren voor hun onderdeel verantwoordelijk, zodat degene die er inhoudelijk het meest bij betrokken was de volledige informatie kon aanleveren.’
De Nieuwe Sluis bestaat uit twee basculebruggen voor lokaal verkeer over de sluiskolk, vier grote sluisdeuren en een nivelleerkanaal met acht schuiven. De wegen en rotondes over het hele Noordzee-sluizencomplex zijn veranderd. Ook zijn een bediengebouw, kantoorgebouw op de Dienstenhaven en een loods op de Schependijk gerealiseerd voor de gebruikers van de nieuwe sluis. Verder was de combinatie verantwoordelijk voor de geleidingswerken van de sluis, vijf kilometer ligplaatsen voor binnenvaartschepen, de Dienstenhaven voor de sleepdiensten en twee noodsteigerpalen voor zeeschepen.
‘We hebben de enorme klus afgepeld in behapbare stukken. Doorslaggevend was dat Combinatie Sassevaart functioneerde als één team in een platte structuur, zonder onderscheid te maken tussen de bedrijven die ze vertegenwoordigden’, benadrukt Bart Jan. ‘Het is de kracht van BAM om de regie over zo’n complex integraal werk te kunnen voeren, over groot vakmanschap te beschikken en samen met sterke partners het werk te kunnen realiseren. Het is heel gaaf om tijdens de bouw te zien dat alles wordt uitgevoerd zoals is bedacht, ondanks alle uitdagingen als covid en pfas, en alles werkt zoals het moet. We hielpen elkaar om van het project een succes te maken. Iedereen is trots om aan zo’n bijzonder project te hebben meegewerkt.’